Tubantia, 3 september 2022
Onder zijn ‘bewind’ als voorzitter van de Stichting Enterse Zomp worden twee platbodems gebouwd. De opening van een didactisch centrum maakt hij niet meer mee. © Frans Nikkels Fotografie
Boven De Waarf, thuishaven van de zomp in Enter, komt een educatief centrum. Scholieren steken iets op over platbodems, die massaal de Regge hebben bevaren. Ze kunnen een zomp bouwen. Doen ze het goed, dan vaart hun scheepje uit. Anders zinkt het zaakje. Digitaal dan. Velten krijgt er in Brussel 100.000 euro voor los, zowat de helft van de kosten. Bij de opening in oktober zal de ‘roerganger’ worden gemist.
Gerrit Dinand Velten wordt te vroeg geboren in het diaconessenziekenhuis in Almelo. De baby is niet van katholieke komaf, er is simpelweg plek. Hij stamt van boerderij Het Oelenreef in het buurtschap Ypelo. Gerrit is de oudste, met drie zussen en een broer. Het gezin is hervormd, niet van de zwaarste denominatie.
Hij spant zijn hond Prins voor een karretje. Maar als de poes van de buren oversteekt en Prins haar achtervolgt, gaat het mis. Gerrits hoofdwond moet gehecht.
Omdat vader niet kan uitbreiden, wordt een verhuizing naar de Noordoostpolder overwogen. Dat plan sneuvelt: senior krijgt een hernia. Vader Velten gaat in verzekeringen, het gezin verkast naar Enter.
Liefdevol verzorgt en berijdt hij een pony. Huiswerk van de mulo schiet er bij in, hij blijft zitten. Hij moet naar de lts in Rijssen, de pony wordt verkocht. Later koopt vader alsnog een paard.
Velten wordt voor Koningsdag 2018 met een smoes naar het stadhuis gelokt: er moet overlegd worden over de uitbreiding van De Pelmolen. Hij wordt benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau. © Lars Smook
Op de mts in Almelo richt Gerrit leerlingenorganisatie MITOS op. Als voorzitter regelt hij feestjes met bandjes als Shocking Blue, later wereldberoemd door Venus. Na de mts werkt Gerrit bij Schuitemaker (landbouw- en strooimachines) in Rijssen en Trefina (trekhaken) in Goor.
Hij treft Jenny Baan in Het Oude Veer, een etablissement bij het Regge-haventje in Rijssen. Het klikt tussen Enternaar en Rijssense. Het komt aan, ze trouwen. Peter (1979) wordt hun enig kind. Jenny: „We wilden er wel meer, maar niet alles is mogelijk.”
Jenny Velten-Baan, zijn vrouw
Naast een fulltime baan, bij metaalbedrijf Voortman, begint Gerrit een studie tot leraar werktuigbouwkunde. Hij reist twee avonden en op zaterdagochtend naar Deventer en Zwolle. Peter ziet zijn vader amper. Als 5 december op een zaterdag valt, komt Gerrit vroeg thuis. ‘Papa, is het zondag?’, vraagt Peter. Zoonlief is gewend dat vader alleen ’s zondags het vlees snijdt.
Later bouwt het paar een honk naast de oude veemarkt van Rijssen, met inpandige sauna. Die passie doet Gerrit op in Finland. In stomende hitte draait hij piratenhits, door zijn naasten ‘saunamuziek’ genoemd. Hij bouwt een mancave vol geweien en een rookoven.
Velten wordt docent, in Veenendaal en Hardenberg. ‘Zijn’ mts belt: of hij trek heeft in een baan op de afdeling werktuigbouwkunde. Hij promoveert tot directeur, verantwoordelijk voor het onderhoud van gebouwen. Hij is betrokken bij buitenlandse projecten en reist veel, van de Baltische staten tot China. Daar verdiept-ie zich in gaswinning. Na de vorming van het ROC van Twente richt hij een beveiligingsdienst op.
Hij stopt in 2017, zorgmedewerkster Jenny ook. „Na zijn pensioen was hij nog drukker dan ervoor”, zegt schoondochter Esther. Gerrit is een ondernemende opa; voor Merel (4) en Vlinder (7), van haar en Peter en voor Rick (19) en Luca (21) uit haar eerdere huwelijk. „Gerrit maakte geen onderscheid. Alle kleinkinderen gingen jagen en vissen.”
Hij noemt zichzelf een people manager. „Ik hou ervan om met mensen om te gaan.” Velten is betrokken bij Wildbeheereenheid West-Twente, stichting Enterse Zomp, schietvereniging Tubantia, kleiduivenschietvereniging De Brekeld, motorclub ’n Tuf en de Rotary. Een regelaar: hij plaatst silhouetten van reeën langs natuurwegen en strijkt plooien glad met het watergraaf Stefan Kuks. Hij is stiekem voorgedragen als Lid in de Orde van Oranje Nassau, maar wordt benoemd tot Ridder (2018). Jenny: „Daar was hij ontzettend trots op.”
Zaterdag 20 augustus: Gerrit belt een goede vriend. Hij voelt zich niet goed. De kameraad slaat alarm. Twee ambulances rukken uit. Als Peter, net terug van vakantie, aankomt, reanimeren broeders zijn vader. Gerrit kijkt zijn zoon aan, maar zegt niets meer. Hij overlijdt in het MST.
Namens de Wildbeheereenheid West-Twente plaatsen Velten en andere vrijwilligers ree-silhouetten bij Notter. Zo worden bestuurders op de Klokkendijk gewaarschuwd voor overstekend wild. © Frans Nikkels
In de kist draagt Gerrit zijn jachtjasje uit Beieren. Liefde voor de natuur en de jacht is de rode draad in de uitvaart, geleid door dominee Rienke Vedders, met psalm 23 als thema. Jenny: „Gerrit was geen doodschieter. Een ree schieten was goed, maar twee of drie hoefde niet. Hij kon rustig genieten van het observeren van reewild.” Vader en zoon jagen en vissen vaak samen, tot in Noorwegen en Kroatië.
In uitvaartcentrum Nijverdal blazen zes mannen ‘einde jacht’ met hun hoorns. Ze leggen elk een eikenblad van hun hoedje omgekeerd op de kist, als slotgroet. Bootslui van de Enterse zompen, blauwe schipperskiel met pet, vormen een erehaag voor de verscheiden voorzitter.
Op zijn wens is Velten gecremeerd. De meeste as wordt uitgestrooid in een Rijssens bos, bij de honden Barco en Diesel. Peter neemt de resterende as mee naar IJsland. Gerrit zou volgend jaar met oud-apotheker Ed van der Veen naar dat vulkaaneiland zeilen. Nu gaat zijn zoon, met een beetje as. Hun laatste reis.
Gerrit Velten is op 8 augustus 1951 in Almelo geboren en op 20 augustus 2022 in Enschede overleden.
De Regge is een regenrivier die vroeger al het water opving en als riool gebruikt werd. Nu is zij helder en zo schoon dat zelfs het ijsvogeltje weer is te zien.
Wie kent niet het woord overtoom? In de Regge passeert de zomp twee stuwen met hulp van overtomen, een lorrie waar de zomp opvaart en naar de andere kant getrokken wordt.
De Regge was wat nu de A1 is, dé levensader van Twente naar de Hanzesteden Zwolle en Kampen. 200 jaar geleden voeren hier honderden Enterse zompen en nu weer drie.
De zomp is een eikenhouten platbodem van ± 12 meter lang met fokzeil en grootzeil. Een fantastisch zeilschip en goed bestuurbaar en zeer geschikt voor ondiep water.